Een voorbeeld uit de revolutionaire begintijd van de NFT-rage.

NFT’s zijn elektronische identificatiemiddelen die het bestaan en eigendom van een digitaal verzamelobject verifiëren. De technologie bestaat al sinds ten minste 2017 en komt voort uit de ‘boom’ in cryptocurrencies. NFT’s draaien, net als dit cryptogeld, op de blockchain. Hier volgen enkele van de best verkopende NFT’s sinds de opkomst van het fenomeen:

  1. CryptoPunks worden beschouwd als de eerste NFT’s. Ze werden gemaakt door Larva Labs in 2017. De 8-bits pixelkunst personages zijn zeer begerenswaardig geworden onder verzamelaars, met sommige exemplaren die voor miljoenen dollars werden verkocht.
  2. Forever Rose van Kevin Abosch is een digitaal kunstwerk dat bestaat uit een enkele pixelroos. Het werd verkocht voor $ 1 miljoen in februari 2018.
  3. In februari 2021 werd een highlight van LeBron James verkocht voor $ 208.000, en in april 2021 werd een enkele pack van NBA Top Shot-momenten verkocht voor $ 230.000. NBA Top Shot is een op blockchain gebaseerd platform dat gebruikers in staat stelt om officieel gelicenseerde NBA-collectibles te kopen, verkopen en verhandelen.
  4. In maart 2021 verkocht digitale kunstenaar Beeple een collage van zijn werk getiteld ‘Everydays: The First 5000 Days’ voor een verbazingwekkende $ 69 miljoen. Het werk werd verkocht bij veilinghuis Christie’s en was de eerste NFT die door een belangrijk veilinghuis werd verkocht.
  5. In januari 2021 verkocht David Sherry een op tweets-gebaseerde NFT getiteld ‘The First Twitter Memoir’ voor $ 1,26 miljoen. De NFT bevat de eerste 10.000 tweets die ooit op Twitter zijn verzonden.
Met NFT-kunst wisten sommige kunstenaars zich enorm te verrijken. De computerkunstenaar van dit bewerkte dollarteken hintte waarschijnlijk op de dollartekens die mensen in hun ogen krijgen als ze economisch succes zien opdoemen. Geeft de 3D-bril een nieuw perspectief? Nou goed, je bewerkt bestaande kunst – in dit geval een ets van een Amerikaanse president op een bankbiljet – en slaat het op in een slimme databank als zijnde je eigen, unieke NFT.

Van bovengenoemde succesrijke verkopers beschouw ik maker Kevin Abosch het meest als een authentieke kunstenaar. Hij is al heel lang met computerkunst bezig. In 2021 verkocht hij een foto van een aardappel voor 1,5 miljoen dollar. Het piepertje poseerde meesterlijk voor de ‘Eigenheimer’ in de digitale kunst. Hij heeft ook veel succes geboekt met een neonsculptuur geïnspireerd op cryptocurrency. Dat ‘geïnspireerd op’ werd door sommigen gezien als een eufemisme voor ordinair jatwerk van andermans beeltenissen. Zo dacht Abosch er natuurlijk niet over. De Ierse kunstenaar wist op een gegeven moment zelfs zijn bloed te verkopen via het, toen nog redelijk nieuwe, verschijnsel blockchain. Dat bloed was in ieder geval wel echt van hemzelf.

Het betreden van de wereld van NFT’s was voor hem in vele opzichten de volgende logische stap. Zijn werk richtte zich immers al op thema’s van digitale valuta, eigendomsrechten en waarde. De NFT-rage bereikte een koortsachtig hoogtepunt toen Christie’s, het prestigieuze veilinghuis voor kunst, de bovengenoemde digitale collage veilde van een kunstenaar genaamd Beeple voor bijna 70 miljoen dollar, waardoor deze meteen de op twee na duurste levende kunstenaar in de geschiedenis werd. Maar toen had Abosch zijn wat bescheidener succes met de pixelroos dus al geboekt.

De waarde van NFT’s kan zeer vluchtig zijn en prijzen fluctureren sterk in de tijd. Hierdoor, en door de pijlsnelle opkomst van NFT’s vroegen velen zich af waarom een verzamelaar er een zou willen kopen, maar voor kunstenaars zoals Abosch hielpen NFT’s problemen op te lossen die al lang centraal stonden in digitale kunst: hoe claim je eigendom van iets dat gemakkelijk en eindeloos kan worden gedupliceerd? En wat betekent eigendom van kunst sowieso?

In 2020 begon Abosch te werken aan een serie afbeeldingen die thema’s van cryptografie en alfanumerieke codes behandelden. Nadat verschillende van zijn persoonlijke shows waren geannuleerd vanwege de Covid-19-pandemie, besloot Abosch dat dit het perfecte moment was om zijn werk als NFT’s te verkopen. Hij besloot ze te veilen op OpenSea, de grootste marktplaats voor de tokens, die in die tijd wekelijks 1,5 miljoen bezoekers telde en alleen al in de maand februari van dat jaar 95 miljoen dollar aan verkopen faciliteerde.

Maanden later maakte hij een winst van 2 miljoen dollar uit de serie, allemaal kunst die niet fysiek naar een galerie kan worden vervoerd of aan de muur kan worden gehangen. Het maakte hem de meest succesvolle NFT-kunstenaar op het OpenSea-platform. Hij zei dat het idee dat een kunstwerk een fysieke aankoop moet zijn die ergens kan worden getoond, niet meer van deze tijd was.

Sommige mensen hebben moeite met dit idee omdat ze willen weten wat je eigenlijk bezit. Maar mensen van een jongere generatie schijnen hier makkelijker mee om te gaan. Het is een heel ouderwets idee om iets in je hand te willen hebben, alsof het ontastbare of immateriële geen waarde heeft. Zo opgevat zou je bijna een anti-consumentistsche vernieuwing in de kunstwereld kunnen ontwaren. Maar ja, ondertussen wordt er toch met geld gesmeten en onderhandeld over eigendomsrechten.

Een NFT-veiling werkt op dezelfde manier als een online veiling op platforms zoals eBay. Elk werk wordt online weergegeven als een jpeg-bestand dat metadata bevat (wat letterlijk ‘gegevens over gegevens’ betekent) over de titel, het nummer en wie het bezit. Abosch’s 1111-serie werd gelanceerd op OpenSea, waar hij 111 werken voor een bepaalde tijd te koop aanbood. Na de start van de veiling gingen geïnteresseerde potentiële kopers naar de pagina van Abosch’s verkoop om op elk kunstwerk afzonderlijk te bieden; in dit geval met behulp van de cryptocurrency Ethereum. Hoewel de NFT’s op Opensea werden verkocht, werd de daadwerkelijke reeks karakters die de eigenaar aan zijn nieuwe NFT koppelde, opgeslagen op Arweave.

Arweave is software die zichzelf profileert als een soort permanent internet door bestanden eeuwigdurend op te slaan over een gedistribueerd netwerk van computers, zodat ze in de toekomst niet kunnen worden verwijderd of vernietigd. Met andere woorden: met behulp van Ethereum betaalt een koper voor een jpeg op het NFT-veilingplatform OpenSea en ontvangt in ruil daarvoor een adres op Arweave dat de aankoop en het eigendom van de afbeelding bevestigt.

Uiteindelijk werden 106 van de 111 werken gekocht door 53 unieke verzamelaars, waarbij de duurste voor 21.242 dollar werd verkocht. Abosch zei dat veel kunstenaars, zoals hijzelf, aangetrokken worden tot de NFT-technologie vanwege de democratiserende aard: iedereen kan inloggen en de goederen kopen, en het werk wordt geleverd met een publiekelijk zichtbaar grootboek van de gehele geschiedenis; wanneer het werd gemaakt, wie het heeft bezeten, wie het heeft gekocht en voor hoeveel. Abosch beschreef dit als een afscheid van de manier van kunst aankopen zoals we die kennen uit het recente verleden, waarbij investeerders waardevolle kunst opslaan om deze op een later moment voor meer geld te verkopen.

De populariteit van cryptocurrency en de opkomst van speculatie op de kunstmarkt wisten al geruime tijd de interesse te wekken van kunstenaars en kunstverzamelaars. Maar de Coronapandemie heeft de industrie verder voorbereid op het succes van een technologie zoals NFT’s. De jaren 2020 en 2021, toen we ons leven zo vreemd en radicaal online moesten verplaatsen, heeft het de waardebepaling van digitale goederen versneld veranderd.

In feite is de gekte rond NFT’s aangewakkerd door twee factoren: (1) de technologie is oprecht interessant en nuttig, en (2) elk nieuw glanzend item dat mensen snel rijk maakt, trekt gemakkelijk de aandacht.

Op grond van zijn succes meende Kevin Abosch in een belangrijke overgangsperiode te zitten. Dit werd ook bevestigd door andere succesvolle computerkunstenaar en de aankopers daarvan. Maar de laatste tijd zien we dat de aankoop van NFT’s toch terugloopt. Niet alle NFT-verkopen zijn openbaar, maar het staat toch wel vast dat de animon op dit moment een beetje afneemt. Mijn volgende posting zal meer ingaan op de kritiek op deze vorm van kunsthandel.