Quentin Tarantino kondigt aan dat zijn volgende film over een recensent zal gaan. Hij zegt ook dat het z’n laatste project als regisseur wordt. Je hoeft geen grote kenner van het oeuvre van Tarantino te zijn om je voor te stellen dat de filmcriticus een psychophaat zal blijken die het speciaal op Tarantino heeft gemunt. De laatste tijd speel ik op dit blog toevallig ook een beetje voor filmrecensent. Als Tarantino een protagonist maakt van dat soort van types, is dat, voor mij, eens te meer reden om door te gaan als filmbespreker. Het idee dat zo’n persoon in zijn laatste film wordt neergezet als een krankzinnige die de filmlegende om zeep helpt, is een vrij voor de hand liggend scenario, maar ik weet zeker dat Tarentino er een unieke afscheidsfilm van zal maken.
Ik wil het nu hebben over een andere gek, althans over iemand die je in eerste instantie misschien zo zou bestempelen, omdat hij een psychiatrische patiënt is en hij zich verbaal vrij impertinent opstelt. Ik heb het over het karakter John (meesterlijk gespeeld door Michael Shannon) in de film Revolutionary Road. John komt over als een botte man die geen enkel gevoel voor etiquette lijkt te bezitten. In het leven van de hoofdrolspelers in de film komt hij echter als geroepen. We ontdekken als kijkers dat John helemaal zo gek nog niet is. Zijn enige afwijking lijkt te zijn – zeker vergeleken met de geldende normen en waarden in de tijd waarin de film zich afspeelt – dat hij de onverhulde waarheid vertelt. Met wrede woorden en genadeloze observaties hakt hij door façades heen en bespot hij waanideeën.

Laat ik eerst iets over de film vertellen voordat ik verder ga met de vernietigende klus van deze begaafde buitenstaander. Kate Winslet en Leonardo DiCaprio speelden geliefden in de voor een groot publiek gemaakte film Titanic uit 1997. We weten allemaal hoe dat verhaal afliep dus het was voor sommigen interessant om zich te verkneuteren over hoe hun relatie zich zou hebben ontwikkeld, als de karakters niet zo wreed door natuurgeweld van elkaar waren gescheiden. Revolutionary Road uit 2008 zou een scenario kunnen zijn voor zo’n mogelijk voortbestaan, maar het huwelijksleven waarin dit bij elkaar blijven in deze film resulteert, blijkt veel verdriet en vreugde te veroorzaken, met een steeds grotere nadruk op verdriet naarmate de film vordert.
We kijken naar de aangepaste roman van Richard Yates. We zien de ontleding van een imploderend huwelijk en een bespiegeling over het leven in de buitenwijken. Het is een trieste, sombere film die scherpe vragen stelt over de compromissen die we sluiten en de leugens die we vertellen in een poging om een gevoel van evenwicht te behouden. Boek en film stellen de vraag: is het moediger om verantwoordelijkheid te nemen of een droom na te jagen, hoe onmogelijk die droom ook lijkt?
We bevinden ons in West-Connecticut in 1955. Voor Frank Wheeler (Leonardo DiCaprio) en zijn vrouw, April (Kate Winslet), breekt er een moeilijke periode aan in hun huwelijk. De communicatie tussen hen is stukgelopen en Frank begint een affaire met een collega (Zoe Kazan). Hij is ongelukkig met zijn baan; hij haat het werk maar heeft het geld nodig om April en zijn twee kinderen te ondersteunen. Dan presenteert April een plan (nota bene op zijn verjaardag): we verkopen ons huis aan Revolutionary Road en verhuizen naar Parijs. Na het achterlaten van de hopeloze leegte van hun huidige leven, kunnen ze daar opnieuw beginnen.
April toont haar liefde door zelfopoffering: ze zal daar gaan werken opdat Frank tijd kan nemen voor zelfontdekking. Hij is aanvankelijk enthousiast over het idee. De relatie bloeit ervan op. Maar de realiteit begint de fantasie al snel te verdringen. Frank wordt een belangrijke promotie aangeboden, met meer geld en verantwoordelijkheid, en April ontdekt dat ze zwanger is van hun derde kind. Plots lijkt Parijs een sprookje en de band die even een opleving te zien had gegeven, door de vonk van hoop en verlangen, die het ongekookte plan teweegbracht, stort in.
De film is zeer specifiek over de huwelijksdruk die eigen is aan het tijdperk van de film. Voor de man betekent dit een levenslange straf van onbevredigend werk. Voor de vrouw is het een celdeur die sluit. Voor beiden is het een afscheid van dromen. Eén shot brengt de saaiheid van het kantoorleven wel heel goed in beeld: neem die opname van de mannen die ’s ochtends uit de trein stappen op Grand Central Station, een zee van hoeden en grijze flanellen pakken die langs de lange trap naar beneden stroomt, op weg naar een of andere baan in een ‘cubicle’ in een doodse omgeving. Wie zou daar deel van willen uitmaken?
Regisseur Sam Mendes toont de verrotting die vaak onder de kalme voorgevel van de Amerikaanse voorsteden verborgen ligt, en hij doet dat niet voor de eerste keer. Hij onderzocht het onderwerp ook al in American Beauty. Die buitenwijken werken zichtbaar levensverlammend. De zogenaamde American Dream – een vrouw, kinderen, het grote huis met dat gezin erin en een grote slee in de garage – kan alleen worden bereikt door een hoge prijs te betalen; namelijk dat je schadelijke consessies doet aan je ziel en accepteert, van zo’n ‘water-bij-de-wijn’ leven, dat je creativiteit om zeep wordt geholpen.
Let wel: het huwelijk van de Wheelers wordt niet vernietigd door ontrouw, geldproblemen of communicatiemoeilijkheden, maar door de eenvoudige erkenning dat ze opgesloten zitten in een gevoel van gewoonheid, burgerdom, kleinsteedse benepenheid. Ze dachten aldoor dat ze op het punt stonden om iets groots te gaan doen met hun leven, en nu, als gevolg van lafheid die wordt uitgelegd als realiteitszin, moeten ze herkennen dat het er nooit van zal komen.
En dan komt John voor de tweede maal op bezoek met zijn ouders. Zij is Helen Givings (gespeeld door Kathy Bates) die min of meer bevriend is geraakt met de Wheelers in haar rol van makelaar in de tijd waarin ze de nieuwe perfecte bewoners zocht voor het huis op Revolutionary Road. Niet lang na hun kennismaking deed Helen een voorzichtig verzoek aan de Wheelers. Konden zij en haar man hun zoon John meenemen voor een maaltijd? Hij zat in een psychiatrische instelling en misschien zou wat tijd doorbrengen met een aardig normaal stel zoals de Wheelers goed voor hem zijn. Bij de eerste ontmoeting ging die confrontatie goed, zij het maar net.
John’s overrompelende directheid was toevallig precies wat Catherine, en gaandeweg ook Frank, op dat moment wilden horen. Hij ging helemaal mee in hun Parijsdroom. Het personage John bleek niet gestoord, maar gewoon een beetje voor op schema als Beatnik. Hij leek in z’n ongeremde eentje de vooraankondiging van de aanvalsgolf uit de jaren ’60, die over suburbia zou spoelen en een generatie zou creëren die door hun ouders niet werd begrepen. Wat hij voor de Wheelers doet, is hun ontkenningen wegnemen en hen duidelijk zien. John vraagt waarom ze weg willen en Frank antwoordt dat ze hun ‘plek van hulpeloosheid’ willen verlaten. John stemt hiermee in en complimenteert hem: ‘Veel mensen zijn op de hoogte van de leegheid, maar het vergt echte moed om de hopeloosheid te zien.’
Bij zijn tweede bezoek hoort hij echter dat Parijs geen optie meer is en dat April een baby krijgt. Dit maakt John boos, dus begint hij Frank en April te beledigen door te zeggen dat hij geen man is omdat hij zijn eigen woorden inslikt. Frank begint boos en ongeduldig te worden terwijl John doorgaat met te zeggen dat Frank zich alleen maar als een man voelt omdat hij April zwanger heeft gemaakt. Dit zorgt ervoor dat de Givings uit het huis worden gezet. Bij het vertrek verontschuldigt John zich vol van sarcasme. Hij zegt dat hij blij is met één ding, namelijk dat hij niet dat kind is dat geboren gaat worden in deze ellendige familie.