De NS is op zoek naar conducteurs en presenteert daarom een unieke wervingscampagne. Deze wordt gecombineerd met een wedstrijd. In een nieuwsbericht van 20 april jongstleden staat: ‘NS daagt Nederlanders uit om hun omroepkwaliteiten te laten horen en zoekt de beste treinomroeper van 2023.’ Als toekomstig conducteur moet je een goed bericht door talloze treinspeakertjes laten klinken. Je mag daarbij het belang van correcte informatie voor reizigers nooit veronachtzamen. Als je die wet eerbiedigt, is het toegestaan om een eigen invulling aan het bericht te geven.

Iedere reiziger heeft wel eens voorbeelden gehoord van die persoonlijke draai die conducteurs aan hun mededelingen gaven. De eerste die ik me herinner is een aankondiging, via de intercom, dat de trein, tijdens die speciale rit (op een dag in een lang vervlogen jaar), ‘knippendales’ als gastheren aan boord had. Zij zouden persoonlijk langs komen om de kaartjes te knippen. Ik was daar zelf niet bij maar het schijnt dat de coupé niet veel later inderdaad door twee jonge mannelijke NS-medewerkers werd bezocht. Zij hadden zichzelf gepermitteerd om voor deze gelegenheid af te wijken van de NS-kledingvoorschriften, althans wat hun bovenlijven betreft.
Het is één van de taken van een conducteur om een goed omroepbericht door de trein te laten klinken. De NS is met deze wedstrijd natuurlijk serieus op zoek naar nieuwe conducteurs, vooral in de regio’s Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag. In totaal zijn er – schrik niet – op dit moment zo’n 320 vacatures voor dit beroep. In het bericht op de NS-site wordt voor de volledigheid uitgelegd wat er, eenmaal aangenomen, nog meer wordt verwacht van de nieuwe collega’s. Er staat: ‘Verder is de conducteur de gastheer of -vrouw op de trein en verantwoordelijk voor het vertrekproces, service verlenen aan reizigers en controle van vervoerbewijzen.’
Ik wil even stilstaan bij de woorden ‘gastheer of -vrouw’ in deze laatste zin. Het is inmiddels zo dat alle omroepberichten op het station of in de trein beginnen met het genderneutrale ‘Beste Reiziger’. Dat gebeurt met een reden. Het zou dan logisch zijn als de NS deze aanspreekvorm in al haar gendergevoelige terminologie laat doorklinken. Maar ja, ik moet ook toegeven dat de vervangende termen voor gastheer of -vrouw, die niet specifiek naar een geslacht verwijzen, een beetje stroef overkomen. Van de alternatieven ‘gastvriend, gastpersoon, gastgever’ kan de laatste er maar net mee door, vind ik. (Misschien is het een kwestie van wennen).
Ik weet dat het bevorderen van genderinclusiviteit een voortdurende discussie is bij de NS en dat er niet altijd consensus bestaat over welke termen het beste zijn. De keuze van genderneutrale woorden kan afhangen van de context, persoonlijke voorkeuren en de specifieke omstandigheid waarin de termen worden gebruikt. Misschien moet ik, voor wat betreft deze wedstrijd, niet te streng doen. Zonder dat ik zelf ambities heb om deel te nemen, wil ik er wel op wijzen dat ik ooit een persoonlijke inbreng had op NS-omroepgebied. Ik was namelijk stationsomroeper in een tijd dat ieder reisadvies nog begon met ‘Dames en heren’.
Op 26 juli 2017 vond ik dat het anders moest. Ik liet toen een filmpje van mezelf maken terwijl ik – voor m’n schermen en achter m’n microfoon gezeten – het volgende bericht als suggestie aan de NS-leiding introduceerde:
‘Beste reiziger, dit is een genderneutraal bericht. De trein is beschikbaar voor ieder mens met een geldig vervoerbewijs, ongeacht geslacht en genderidentiteit en of die nu met elkaar in overeenstemming zijn of niet. Of u zich nu mannelijk voelt, of vrouwelijk, of iets er tussenin, de NS rijdt voor alle mensen. Zoals u weet zijn de toiletten in de trein al jaren genderneutraal. Zo willen wij u voortaan ook aanspreken.’
Deze suggestie werd vrij snel opgepikt – het bereikte diezelfde dag zelfs de toenmalige CEO genaamd Roger van Boxtel – en het filmpje werd op 28 juli 2017 op de site van de NS geplaatst met als onderschrift:
‘Spreekt ‘Beste dames en heren’ nog wel iedere reiziger aan? Omroeper Ronald vond dat het anders kan. En dat zijn we met hem eens. Daarom zijn met ingang van de nieuwe dienstregeling op 10 december alle omroepberichten van NS echt voor iedereen.’
Nu wil ik niet beweren dat ik degene was die de verandering in gang heeft gezet. Ik voelde alleen maar aan wat er speelde in de samenleving en had ook kennis genomen van de discussie bij de NS-leiding over inclusiviteit. Verder was ik, in mijn functie als omroeper, in de gelegenheid om mijn persoonlijke genderneutrale omroepvoorkeur als eerste ten gehore te brengen. Ik vroeg een collega met wie ik die dag dienst had om mij te filmen terwijl ik dat deed.
In 2017 heeft omroeper Tjalling Smit bij de Nederlandse Spoorwegen een belangrijke rol gespeeld bij de overgang van de aanspreekvorm ‘Dames en Heren’ naar ‘Beste reizigers’. Tjalling Smit was destijds directeur van Commercie bij NS. Het proces van verandering begon met de wens om de omroepberichten genderinclusiever te maken, zodat alle reizigers zich welkom voelden, ongeacht hun genderidentiteit. De NS heeft in die tijd aangegeven dat ze de taal wilde aanpassen aan de moderne samenleving.
Tjalling Smit heeft vervolgens het initiatief genomen om de traditionele aanspreekvorm aan te passen. Hij stelde voor om over te stappen op ‘Beste reizigers’ als neutrale en inclusieve term om alle passagiers aan te spreken. Dit voorstel werd intern besproken en uiteindelijk goedgekeurd. Na de goedkeuring zijn de omroepberichten geleidelijk aan aangepast, waarbij conducteurs en omroepers de nieuwe aanspreekvorm ‘Beste reizigers’ zijn gaan gebruiken. Deze verandering heeft ertoe bijgedragen dat de NS een meer genderinclusieve en gastvrije omgeving ging creëeren voor alle reizigers.
Omdat ik als eerste gebruik maakte van de aanspreekvorm ‘Beste reiziger’ in plaats van ‘Dames en heren’, en dit op een filmpje was vastgelegd dat ver vóór de officiële introductie van deze verandering, verspreiding vond, bezat mijn bericht actualiteitswaarde en ben ik door de Volkskrant geïnterviewd. Niet zonder trots, maar ook voor de volledigheid, voeg ik hieronder een verwijzing toe naar dat interview.
Naar het artikel in de Volkskrant