De als/dan-kwestie.

‘Als’ en ‘dan’ gebruik je bij vergelijkingen.

Bij een vergelijking met de vergrotende trap (groter, beter, etc.) gebruik je ‘dan’.

Hij is sneller dan jij (bent).
Hij is breder dan mijn vader.

Batman maakt er duidelijk wel een issue van.

Wanneer er in die vergelijking sprake is van gelijkheid (even groot, even leuk, etc.), gebruik je het woord ‘als’.

Hij is net zo snel als ik (ben).
Hij is even breed als mijn vader.

Bij vergelijkingen met ‘zo’ gebruik je als, ook als er sprake is van ongelijkheid.

Hij eet twee keer zoveel als ik.
Het flatgebouw is lang niet zo hoog als de kerk.

Er is geen reden tot strengheid bij toezicht op het gebruik van de overtreffende trap. Niets is voor altijd normaal. Maar we gebruiken ‘groter dan’ zolang het kan. In het Middelnederlands werd na een vergrotende trap vrijwel uitsluitend ‘dan’ gebruikt. In de 16de eeuw begon men in de gesproken taal ‘dan’ te vervangen door ‘als’. Dit gebruik nam steeds toe; in de volkstaal, maar ook in de beschaafde spreektaal, hoor je nu na de vergrotende trap gewoonlijk ‘als’.

In de schrijftaal wist ‘dan’ zich nog lang te handhaven, vooral doordat taalgeleerden uit de 18de eeuw zich hardnekkig aan de oude vorm bleven vastklampen en elk ‘als’ na een vergrotende trap onverbiddelijk als foutief brandmerkten. Toch ging ten slotte ook bij veel schrijvers de (spreektaal)natuur boven de (schrijftaal)leer. Vergrotende trappen gevolgd door ‘als’ vinden we nu ook bij onze beste auteurs.

(In het Duits heeft dezelfde verandering zich voltrokken. Ook daar heeft het oorspronkelijke ‘denn’ plaats moeten maken voor ‘als’, welk woord tegenwoordig na vergrotende trappen het monopolie heeft gekregen.)

‘Dan’ en ‘als’ hebben dus gelijke rechten. Wie na een vergrotende trap dan wil gebruiken, kan zich daarvoor beroepen op het taalgebruik van vroeger en grammaticale voorschriften van nu. Maar de tijden veranderen en de taal verandert met hen.

Je moet niet vergeten, dat als na vergrotende trappen ook al een eerbiedwaardige traditie (van niet minder dan vier eeuwen) heeft en dat in de moderne taalwetenschap de grammatica alleen een beschrijvende en niet een voorschrijvende taak is toebedeeld. De schrijftaal van nu is nog altijd sterk traditioneel. Die heeft dan ook een voorkeur voor dan na een vergrotende trap. Maar niets is voor eeuwig normaal.